Het is alweer een paar jaar geleden dat we in Burgers' Zoo een nieuw soort zoogdier konden verwelkomen. In het safaripark zijn we inmiddels echter begonnen met enkele aanpassingen in het dierbestand.
Twee jaar geleden zijn alle elandantilopen in dit kader vertrokken. In december deed zich de gelegenheid voor om basterdgemsbokken te verkrijgen. Die kans hebben we met beide handen aangegrepen, want deze soort stond al langer op ons verlanglijstje. Laten we ze eens aan u voorstellen.
Basterdgemsbokken (in het Engels Roanantilopen) komen voor ten zuiden van de Sahara tot aan Botswana toe. Ze danken hun Engelse naam aan de kleur van hun lichaam: roan betekent zoiets als mahonie of roodgrijs. Het is de op één na grootste soort antilope; alleen de elandantilopen zijn groter. Ze wegen zo'n 250 tot 300 kilo en met hun sabelvormige hoorns zullen ze zeker opvallen. Een ander kenmerk is het prachtige zwartwitte masker dat ze dragen.
Ze zijn in het wild vooral actief in de morgen en aan het eind van de middag, wanneer ze de savanne afstruinen op zoek naar jonge loten en kleine planten. Als er weinig voedsel is, eten ze ook wel grassen. Ze vertonen een opvallend vluchtgedrag bij gevaar: ze rennen een klein stukje weg, en stoppen dan, en kijken achterom. Als ze dan hun belager nog niet kwijt zijn, draaien ze zich om en gaan tot de aanval over. Een leeuw of een hyena moet echt uitkijken voor de stevige hoorns van een basterdgemsbok.
Zoals veel soorten antilopen leven ook basterdgemsbokken in kleine familiegroepjes, waarbij één volwassen man er drie tot vier vrouwtjes op nahoudt. Hoewel verschillende familiegroepjes hetzelfde terrein kunnen bewonen, zorgen de mannen er wel voor dat andere groepjes op een flinke afstand blijven.
Jonge mannetjes worden door de leidende man uit de groep gestoten als ze twee tot drie jaar oud zijn; deze mannetjes verzamelen zich in mannengroepen van twee tot vijf dieren. Binnen deze groepjes vinden dominantiegevechten plaats en de leidende man uit een vrijgezellengroep daagt een haremleider uit. Deze gevechten om de macht vinden zowel binnen vrijgezellengroepen plaats als ook tussen twee mannen om een haremgroepje; dit is een imposant gezicht. Beide mannen knielen en vechten uitsluitend door met de hoorns tegen elkaar te duwen. Degene die de ander weg kan duwen, is de leider.
Het klinkt misschien vreemd, maar deze soort wordt dankzij de jacht beschermd. Veel grondgebieden in Afrika zijn eigendom van grootgrondbezitters. Een belangrijke bron van inkomsten voor hen is de jacht. Voor een bepaald bedrag staan ze een toerist toe om een bepaald dier te schieten. Dat lijkt een bedreiging voor de soort, maar het omgekeerde is juist het geval. Een grootgrondbezitter zal nooit toestaan dat een ‘plezierjager’ alle dieren van één soort afschiet; immers dan verdient hij één keer veel geld, maar daarna nooit meer, want die soort is weg. Daarom berekenen grondeigenaren hoeveel individuen van een bepaalde soort geschoten kunnen worden, om de soort toch in stand te houden. Eigenlijk gaat dat op dezelfde manier als het vaststellen van vangstquota voor bijvoorbeeld haring. De grootgrondbezitters doen er alles aan om de fauna in stand te houden; voor hen is het een jaarlijkse inkomstenbron!
Hoewel de situatie van de basterdgemsbokken in Afrika dus redelijk stabiel lijkt, hebben we er in Europa toch een officieel stamboek voor ingesteld. Je weet immers maar nooit hoe het in de toekomst in Afrika gaat. Dit stamboek wordt bijgehouden door de dierentuin van Hannover en volgens de laatste gegevens zijn er zo'n 60 basterdgemsbokken in 13 dierentuinen in Europa. Wij zijn begonnen met een mannengroepje: uit Lissabon, Dortmund en Hannover kwamen in totaal vier jonge bokken naar ons. Hier gaan we eerst een paar jaar ervaring mee opdoen. Aangezien basterdgemsbokken en ook veel andere soorten dieren zowel in het wild als in dierentuinen in haremgroepjes leven, blijven er mannetjes over, die zich groeperen in vrijgezellengroepjes. Omdat wij een zo natuurlijk mogelijk beeld van een Afrikaanse savanne willen geven, past zo'n vrijgezellengroepje dus prima in het educatieve verhaal. Als we wat ervaring hebben opgedaan en als er vrouwtjes beschikbaar komen, gaan we misschien wel een haremgroepje houden. De tijd zal het leren, voorlopig zijn we erg blij met deze prachtige aanwinst.